Door Leo Verhoef
Niemand, of beter gezegd bijna niemand, kan nog met droge ogen volhouden dat Jorge Zorreguieta, lid van de Argentijnse regering van 1979 tot 1981, geen weet had van de schendingen van mensenrechten die toen plaatsvonden. Natuurlijk kan dat Maxima niet worden aangerekend. Erfzonde is net zo onzinnig als erfopvolging.
Wat wel van haar mag worden verwacht is dat zij, naar voorbeeld van Grimbert Rost van Tonningen, in het openbaar duidelijk afstand neemt van het verleden van haar vader. Dat laat Maxima na. Zij bagatelliseert de rol van haar vader en gelooft hem kennelijk op zijn eerlijke gezicht als hij, tegen alle redelijkheid in, beweert het allemaal ‘nicht gewusst’ te hebben. Zelfs in het onwaarschijnlijke geval dat hij werkelijk niet vermoedde wat zich afspeelde mag iemand die een belangrijke functie had in de toenmalige Argentijnse regering zich niet beroepen op onwetendheid maar moet zijn (mede)verantwoordelijkheid accepteren.
Iedere verdachte, ook de heer Zorreguieta, is onschuldig tot zijn schuld wettig en overtuigend is bewezen. Maxima zit echter wel in een ongemakkelijke positie: zij ontkent ten stelligste haar vaders betrokkenheid bij de ten tijde van het Videla-regime gepleegde misdaden. Die opstelling wordt onhoudbaar wanneer de (Argentijnse) rechter anders oordeelt.
Een mogelijke veroordeling van Zorreguieta heeft echter meer dan een ongemakkelijk gevolg voor de Oranje’s: het is toch ondenkbaar dat het staatshoofd van Nederland door een huwelijksband is verbonden met een veroordeelde. En dan niet veroordeeld om een kruimeldiefstal, maar vanwege misdaden tegen de mensheid.
Er zal een zucht van verlichting door het paleis gaan wanneer Magere Hein kans ziet Zorreguieta op te halen vòòr Vrouwe Justitia zijn handelen kan beoordelen.